Indisch Gemert-Bakel herdenkt 80 jaar vrijheid: 'Kampervaringen werden verzwegen'
In dit artikel:
Op vrijdag 15 augustus vond in het gemeentehuis van Gemert een ingetogen maar levendige herdenking plaats van de capitulatie van Japan in 1945 en de nasleep daarvan voor Nederlanders uit Indië. Indisch Gemert-Bakel organiseerde toespraken, interviews, het Indische Onze Vader, liederen van Emma van der Hoek, een Indisch hapje en een gezamenlijke wandeling naar het Indië-monument in de Pater van den Elsenstraat.
Historische context kwam aan bod: in 1951 huisvestte de gemeente 120 KNIL-gezinnen, wat via het ‘om-en-om’-woonbeleid tegelijkertijd 120 lokale gezinnen een woning gaf. Die gefaseerde vestiging versnelde integratie en leidde tot nieuwe wijken, een parochiekerk en extra scholen in Gemert. Die veranderingen illustreerden hoe de komst van Indische Nederlanders het dorp structureel wijzigde.
Persoonlijke getuigenissen vormden het hart van de bijeenkomst. Mevrouw Rijnders, de laatst levende van de eerste generatie die in Gemert aankwam, vertelde over haar vertrek uit Indië terwijl ze vier maanden zwanger was en over het gemis van achtergelaten familie. Tweede generatie-leden Josje van Dam en Richard Heijnen schetsten jeugdherinneringen: Josje kwam als tienjarig meisje via Heeswijk-Dinther in Gemert terecht en herinnerde zich de verbazing over sneeuw; Richard omschreef de eerste opvanglocaties — van Amsterdam via een jachthaven in Oude Wetering naar een voormalig militair kamp in Arnhem — en het uiteindelijke huis aan de rand van Gemert, met uitzicht op weilanden.
Burgemeester Van Veen wees erop dat de capitulatie niet meteen het einde was van het leed: gevangenen bleven vaak nog lange tijd opgesloten en families waren gescheiden, met blijvende gevolgen voor opvoeding en geestelijke gezondheid. In gesprekken tijdens de receptie kwamen die schaduwzijden duidelijk naar voren: sterke druk om te integreren, strenge opvoedingsnormen, het zwijgen over trauma’s en de afwezigheid van herkenning voor PTSS. Ouders hielden veel pijn voor zich; soms werden juist tastbare herinneringen, zoals een dagboek op cementpapier over kampverplaatsingen, bewaard zonder erover te spreken.
Vierde generatie-lid Eliane Iven gaf aan zich niet sterk ‘Indo’ te voelen, maar noemde culturele gewoonten en tradities die wel voortleven. De bijeenkomst eindigde met een oproep tot blijvende herinnering en verbinding. Beate Bremen sloot af met: “Blijf herdenken, blijf vertellen, blijf verbinden!”