De slotetappe
In dit artikel:
Mari verdeelt het ouder worden in drie stappen: jong-oud (55–65), midden-oud (65–79) en oud-oud (vanaf 80). Met het naderen van zijn tachtigste ziet hij de laatste levensfase als een zware etappe waarvoor je je moet wapenen. Twee vroeg verworven lessen dragen hem daar nu bij.
De eerste les komt uit het seizoen 62/63, toen Mari in een uitzonderlijk jeugdelftal van Gemert speelde. In een sleutelwedstrijd tegen Someren was hun snelle spits Frans buiten spel gezet door een sterke stopper. In de rust bedachten ze een slim plan: Frans op de middenstip houden en hem bij balbezit achter de verdediger laten lopen. Twee maal werkte die taktiek feilloos en Frans scoorde twee keer; slimme inzet van je sterke punten kan het verschil maken.
De tweede les stamt uit de Meifeesten van 1961 in Bakel. Het luisteren naar Edith Piafs “Milord” en het besef dat er achter een lied wereldverhalen schuilgaan, veranderde zijn manier van leren. Na een periode met slechte cijfers leerde hij informatie te koppelen aan context, associatief en nieuwsgierig te denken, en zo voortaan beter te begrijpen en te onthouden. Die houding helpt ook om je te beschermen tegen desinformatie en nepnieuws.
Uiteindelijk benadrukt Mari dat je het leven moet blijven vieren: je wint de slotetappe niet, maar je kunt er wel met plezier aankomen.